Long en short gaan

De twee bekendste beleggingstermen zijn long– en short gaan. De meeste beleggers kopen een aandeel in de hoop dat de waarde van dit aandeel in verloop van de tijd toeneemt. Op die manier profiteer je van de stijgende prijs en heb je (koers)winst. Dit wordt ook wel long gaan genoemd.

Bij long gaan heb je een beperkte aansprakelijkheid. Dit houd in dat je niet meer geld dan je oorspronkelijke inzet kunt verliezen. Investeer je €50,- in het aandeel en het bedrijf gaat failliet, dan daalt de waarde van dit aandeel naar €0,- en verlies je de €50,- investering. Daartegenover staat dat het aandeel onbeperkt kan blijven stijgen. Het rendement op je risico kan bij long gaan dus enorm zijn.

Short gaan

Wist je dat je aan een dalende koers ook kunt verdienen? Dit noemen we short gaan. Bij short gaan leen je een aandeel van iemand die je vervolgens zelf doorverkoopt. Wanneer de koers van het aandeel daalt koop je het voor een lagere prijs terug en retourneer je het aandeel aan de uitlenende partij. Het verschil is voor jou de winst. Short gaan is een veel gebruikte strategie bij daytraden.

Short gaan klinkt aantrekkelijk maar is erg risicovol. Zoals je hebt kunnen lezen kan de waarde van een aandeel onbeperkt blijven stijgen. Heb je het mis dan kan je verlies bij short gaan dus ook onbeperkt zijn.

Als je onbeperkt risico kan lopen waarom zou je dan short gaan kun je jezelf afvragen? Dit heeft te maken met de emoties die komen kijken bij het leiden van verlies. Verlies komt vaker tweemaal zo hard aan waardoor koersen van aandelen meestal ook harder dalen dan stijgen. Pak je het goed aan, dan kun je in een kort tijdsbestek veel meer rendement halen dan met long gaan.

Share This